De hulpverlening bijpraten

Dit is een gastcolumn van Op gemak bij mezelf

Gestaag dobbert actief slachtofferschap weg van mij. Ik ben aangekomen. Maar niet klaar met alle ‘NPS Files’ die er zijn en zullen blijven komen. Zoveel is zeker.

Buitenstaanders kunnen narcistisch geweld niet zien, de storing draagt veel maskers. Hét kenmerk is verborgenheid. Een opgroeiend kind in een narcistisch systeem voelt onbewust dat iets niet pluis is, maar zit verstrikt in het systeem; is afhankelijk en loyaal. Pas ver in de volwassenheid gaan slachtoffers zien wat er aan de hand is (geweest). Sommigen zijn dan op zeer hoge leeftijd. De verwoesting is bij allemaal een feit: een leven lang raakten zij zichzelf steeds verder kwijt. Na die ontdekking begint een lange weg naar herstel: hervinden van het verdwenen zelf. Wat zou dit alles aangericht hebben in een volgende generatie? Onbedoeld, maar toch.

Het is een illusie dat NPS verdwijnt, ik ben realistisch. Helaas ´hoort´ de storing bij het menselijk tekort en mensen zijn niet maakbaar. Toch gaat het mij te ver deze constatering te laten voor wat die is. Mijn vraag is dus: hoe kan ervaringsdeskundigheid slachtoffers helpen; slachtoffers van nu en in de toekomst? Waar zitten kansen om vanuit die ellende iets zinnigs bij te dragen? Mooi is dat slachtofferschap positief wordt ingezet.

Denk ik daarover na, dan zie ik niets in een zoveelste publiekscampagne -zoals bij andere vormen van huiselijk geweld. De stoornis is té complex, te geniepig. Omstanders kunnen wel ‘leren’ alert te zijn op blauwe plekken; maar krassen op de ziel van slachtoffers zijn moeilijk zichtbaar. Geen schijn van kans dat ongeoefende waarnemers narcistisch plegergedrag herkennen.

Slachtoffers van deze complexe storing lijken maar één kans op hulp te hebben: de professionele hulpverlening, dé specialisten in gestoord gedrag. Door hen zouden slachtoffers zich gehoord en gezien moeten voelen. Wie anders is er voor hen, dan psychologen, psychiaters, huisartsen?

De expertise om fysiek en seksueel huiselijk geweld aan te pakken is de afgelopen jaren enorm gegroeid. Een netwerk van ketenpartners vangt slachtoffers op en verwijst daders door voor behandeling.

Maar hoe zit het met hun inzicht in narcistisch geweld? Sommige psychologen noemen zich narcisme expert. Die bewering schept bij mij als slachtoffer verwachtingen. Goede hulpverleners verstaan hun vak, dus prachtig als het klopt. Maar maken ze het waar? Begrijpt de hulpverlening welke schade narcisme veroorzaakt en herkennen ze die bij cliënten die dat zelf nog niet ontdekt hebben? Volwassen cliënten met onbestemde psychische klachten, die geen idee hebben wat er mis is? Die een leven lang met zichzelf overhoop liggen, de oorzaak daarvan vernietigend bij zichzelf zoeken en dan weer heftig afwijzen? Bij wie om onbegrijpelijke reden de ene therapeutische diagnose na de andere behandeling niet helpt; die zich van hot naar her laten sturen. Wat doet de hulpverlening met deze signalen? Krijgen ze überhaupt een vermoeden en weten zij de verhalen van cliënten terug te voeren op narcistisch plegergedrag? Wat maakt dat hulpverleners NIET net zo lang zoeken tot ze de oorzaak vinden?

Het zal toch geen onwil zijn, hoop ik? Ik houd het op onwetendheid en onervarenheid. Als dat zo is, hoe kan een cliënt (die niet eens weet dat hij slachtoffer is) dan vertrouwen op een goede diagnose van een hulpverlener? En ook: hoe kan een ervaringsdeskundige die de eigen situatie wél begrijpt, ‘controleren’ of een hulpverlener deskundig gaat helpen? Lees maar.

Snuffel rond op internet naar informatie over NPS. Er zijn sites van psychologen en psychotherapeuten die er informatie over geven. Lang niet iedereen doet dat. Begrijpelijk, veel storingen worden niet besproken. Dus krijg je alleen een indruk van hun deskundigheid, als NPS ´in hun aanbod zit´. Ik lees op sites van individuele praktijken, grote ketens in de geestelijke gezondheidszorg en een digitaal magazin. Wat kom ik tegen? Ik houd het bij mezelf en zeg: ik verbaas mij over de onvoorstelbare naïviteit. Onvolledige lijstjes NPS kenmerken, gekopieerd van DSM IV en V. Dat is het ongeveer. Alsof de onervarenheid en onbekendheid ervan afspatten. Dit kan toch niet waar zijn, is dit alles? Voorbeelden: meerdere sites spreken regelrecht de pleger aan! “Heeft u vermoeden dat u lijdt aan NPS, neemt u dan contact op, want behandeling is mogelijk. De diagnose NPS moet door een professional gesteld worden”. Of soortgelijke teksten. Ik giechel en surf verder. Over slachtoffers geen woord.

Nog eentje, testjes van psychologen, die ‘meten’ of ik misschien narcistisch ben. Ha, alsof een echte narcist óóit zoiets zou invullen om er achter te komen of hij het misschien ís. De test invullen, zo ´gek´ kan toch alleen een slachtoffer zijn? Doodsbang dat ie óók ziekelijk op zichzelf gericht is. Die manipulatie is precies hoe narcisten hun omgeving behandelen. Ik lach hardop. Maar niet van genoegen.

Eén fonds (CBF keurmerk, ANBI geregistreerd!) maakt het bont. Wie de gratis (!) test wil doen, moet zijn emailadres invullen. Dan ontvang je de test; en tips erbij. Zelfde site: “Heeft u een naaste met NPS: mail uw emailadres en u ontvangt gratis tips.” Dit fonds doet wetenschappelijk onderzoek …

Een digitaal forum beantwoordt hulpvragen, die zo kort en algemeen zijn, dat ik niet geloof dat hier echt een slachtoffer aan het woord is. Ik verdenk de psychologen dat zij die vragen zelf bedenken. Namaak casuïstiek dus. Hun reacties zijn al even vaag en knullig.
Misleidend is de geruststelling dat NPS weliswaar moeilijk te genezen valt, maaRrr op gevorderde leeftijd minder kán worden, bijv. na een ernstige crisis. Valse hoop noem ik dit, want meestal is het tegendeel het geval: met het klimmen der jaren wordt narcistisch gedrag hardnekkiger.

Geschokt was ik maanden geleden over de uitslag van onderzoek, dat landelijk in het nieuws kwam. Het schijnt nu héél snel vast te stellen of iemand narcistisch is: “stel de vraag ‘bent u narcist?’ ” En ja hoor, wie hierop ‘ja’ antwoordt, die is het ook. Super simpel, conclusie onderzoek. Ben ik soms gek? Ik geloof mijn ogen niet. Nog eens lezen. Het staat er echt. Verklaring van de onderzoekers: een narcist is trots op zijn narcisme. Wat ik zelf denk: voor bepaalde narcisten gaat dit op, ja. Maar voor de ergste varianten helemaal niet: die verwijten juist hun slachtoffers dat zíj hard en egoïstisch zijn.
Laakbaar detail: wie het hele onderzoek op internet wil lezen, moet inloggen en betalen. Hoezo HULPverlenen?

Ik schrik van deze onzin. Voor mij het bewijs dat (veel) professionals er geen bal van snappen. En geen enkele hulpverlener of ervaringsdeskundige geeft tegengas. Geen idee waarom niet. Ikzelf doe het ook niet. Ik durf niet goed; vooral mijn naam niet bekend maken. Toch popel ik regelmatig, maar zelden heeft een professionele site een e-mail reactiemogelijkheid, al of niet anoniem. Mijn nek uitsteken vind ik lastig, zoals ik dat vroeger thuis wel degelijk deed. Alsof ik het belerend vind, mijn eigen ervaringsdeskundigheid stellen boven resultaten van onderzoek.

Onverteerbaar, hulpverleners die er geen kaas van hebben gegeten. Het minste wat zij kunnen, is info verbeteren op hun site: de lijst met kenmerken aanvullen; hun oproep aan plegers verwijderen; aandacht voor slachtoffers hebben, zodat die zich uitgenodigd voelen. Maar wie ben ik? Ervaringsdeskundige met gezond verstand, die zich vrolijk nijdig maakt.

“Maar ja”, zegt zo’n professional misschien: “dat aanvullen van informatie kan ‘zomaar’ niet; eerst moeten academische onderzoekers hun werk doen”. Wat blijkt? Die richten zich veelal niet op ´gewone´ NPS´ers en slachtoffers, maar bij voorkeur op spraakmakende en bekende mensen (succesvolle en gevallen topsporters; managers; politici; advocaten: wetenschappers enz.). Begrijpelijk, dat levert onderzoekers gemakkelijk publiciteit op. Zij verschijnen ermee op tv, internet en in papieren media. Dat vind ik prima, als zij in hun onderzoek vooral de veel ruimere doelgroep ‘meenemen’: die van de anonieme plegers en slachtoffers.

Het meest schrikwekkende voorbeeld: wat te denken van een psycholoog die NPS onderzoekt, tevens therapeut is EN openlijk van zichzelf zegt narcistische trekken te hebben…. Je zult bij zo iemand maar cliënt zijn. Of gaandeweg je behandeltraject gaan vermoeden dat je therapeut narcistisch is; die dat van zichzelf niet vindt. Wat ik op dit forum lees: het overkomt meerdere slachtoffers.

Genoeg voorbeelden, denk ik zo. En daarom de vraag: wat levert het op, als ervaringsdeskundigen in gesprek gaan met professionals op sleutelposities? En hen bijpraten over alle ins en outs van narcistisch geweld van daders en de gevolgen voor hun slachtoffers? Belangrijk: hoe pak je zoiets aan, welke strategische stappen zijn nodig om die bereidheid en luisterend oor te vinden bij de hulpverlening?

26 gedachten aan “De hulpverlening bijpraten”

  1. Veel hulpverleners zijn inderdaad narcist. Vanuit hun ontwikkeling denken ze dat ze anderen moeten helpen. Of het nou psychologen of een van de vele coaches zijn, zelfs forensische mediators!

    1. Hi Anoniem,
      Ik heb persoonlijk geen ervaring met hulpverleners die narcist zijn. Ik weet dus ook niet of het er véél zijn. Eén zei het zelf in de media. En er zijn slachtoffers die het hier gezegd hebben. En ja, dat hulpverleners denken dat ze hun cliënten moeten helpen, daar zijn ze hulpverlener voor; wat zou een cliënt die naar een (niet-NPS) professional toe gaat, anders willen? Wat komt een cliënt doen bij zo iemand? Helpen staat vanzelfsprekend niet gelijk aan narcisme. Bij een narcistische hulpverlener moet ik zeker niet zijn.
      Ik ga als klant naar een bakker, omdat die brood en taartjes bakt; ook laat ik me adviseren wat het minst ongezonde taartje is. Wil die me paprika’s aansmeren, of ik denk dat zijn ongezonde taartjesadvies onzin is, dan ben ik idd aan het verkeerde adres.
      Wat verwacht jij zelf van een hulpverlener wat die voor je kan betekenen?

    2. Voor mij is er een groot verschil tussen een narcist en een hulpverlener. De narcist denkt alleen aan zichzelf en handelt voor zichzelf, een hulpverlener zet zich in voor de client. Het komt regelmatig voor dat mensen die werkzaam zijn in de zorg te weinig aan zichzelf denken en daardoor allerlei klachten krijgen.
      Los hiervan blijkt uit bovenstaande column hoe bedroevend het is gesteld met de kennis rondom NPS.

  2. Toen ik nog jong was; 17 jaar (1986), kwam ik bij een maatschappelijk werkster. Ik was toen al behoorlijk vastgelopen, had hyperventilatie en flinke angst wat o.a. uitmondde in slikproblemen. Ik had enorme spanningen in mijn mond en was bang om te stikken. Haar antwoord was; ‘Als je maar vaak genoeg denkt dat je stikt dan stik je nog een keer echt’.
    Later bij de RIAGG een therapeut, ik dezelfde klachten alleen vertelde ik nu ook dat ik moeite had met kritiek. Hij zei; ‘misschien ben je te arrogant om kritiek te willen horen’.
    Daarna in een vrouwengroep bij de RIAGG kreeg ik niet eens kans om iets te zeggen, ik voelde de ruimte niet, de overige groepsleden zaten er al langer en hadden het hoogste woord. Mij werd niks gevraagd, ik voelde me niet welkom en hield mijn mond. Enige wat ik vertelde was dat ik te bang was om door een tunnel bij het station te lopen om bij het pand te komen waar de therapie was en dat ik ermee wilde stoppen. Ze lieten me gewoon weer gaan
    Toen ik begin 20 jaar was kwam ik in een 2-daagse resocialisatie-groep terecht. Ik was inmiddels best wel fobisch, veel spanningen, boosheid, veel angst, ik zat vast in mezelf. Daar ben ik ‘kampioentje aandachtvragen’ genoemd, ik zou volgens hun het oogappeltje van mijn vader zijn (narcistische vader), ik gedroeg me als een ondergeschoven kindje vonden ze, ik viste naar complimentjes kreeg ik verweten.
    Toen ik voor een persoonsbespreking vertelde dat ik vastliep in deze therapie omdat ik het gevoel kreeg hard gemaakt te worden, werd het na mijn verhaal stil en werd er gezegd dat de persoonsbespreking verschoven werd en ik opnieuw maar eens de dingen op rij moest gaan zetten want hier konden ze niet op ingaan.
    Toen ik bij een groepslid meedacht bij iets wat hij over zichzelf vertelde en ik vertelde wat ik dacht dat hem dwarszat werd ik monddood gemaakt met de vraag of ik dacht dat ik een therapeut was. Ik kan nog wel even doorgaan over deze therapie, er is daar teveel gebeurd waar ik nu nog last van kan hebben.10 Maanden heb ik daar gezeten, toen ben ik weggegaan.
    Ik kon maar niet geloven dat dit zo gelopen was, het waren toch professionals?
    Nog weer later kon ik als ik bij de RIAGG was gewoon na een toen wekelijks gesprek vertrekken, al zwaar hyperventilerend zat ik op de gang, ik mocht geen oxazepam en niemand gaf me verder aandacht. Ik was daar met de taxi heengegaan; een afstand van anderhalve kilometer… omdat ik niet durfde te fietsen…
    Dit zijn zo wat dingen die ik tegenkwam in de hulpverlening, maffe is; ik gaf niet op, bleef hulp zoeken ondanks de rare dingen die ik mee maakte, soms werd me zelfs letterlijk gezegd dat ik in een slachtofferrol zat op zo’n manier dat het als een verwijt voelde en nog steeds zo voelt.
    Ergens snap ik het wel, ik zie er normaal uit, heb een goed stel hersens, ben sterk anders zat ik hier niet, dus mensen zien vooral dat en waarvoor zit ze dan zo te worstelen?
    Naar mijn idee dus heel, heel veel onkunde inderdaad… Ik hoop dat daar verandering in komt en als ik dingen op deze site lees krijg ik daar hoop op. Bij mensen om mij heen probeer ik te helpen als ik denk dat iemand op dezelfde manier klem zit als ik en verder geef ik de strijd niet op.

  3. Ja, of een narcist zal toegeven dat hij er één is, dan is hij het hoogst waarschijnlijk niet, die zich zo heel mooi voordoen daar moet je mee opletten, ik denk ook dat de verborgen narcist zelfs erger is dan de openlijke narcist.
    Been there, done that,never again 🙂 ik heb er veel pijn van gehad, ook verwarring enz.maar ik ben er zo sterk uitgekomen, dat hij nu maar eens komt, die is eerder buiten dan binnen.
    Aan die kant ben ik dan wel “dankbaar”dat ik zo’n gedrocht ben tegengekomen, ik ruik ze nu op afstand, en toch heb ik dan ergens medelijden met zo’n mensen want zij weten niet wat liefde is, wat geven is, wat vertrouwen is en ga maar door, het is hun koude kille leven wat zij moeten lijden met lange ij :-)alleen jammer dat het een ander daar de dupe van moet worden, doordat de narcist iemand zo kan breken om er zichzelf mee te voeden en zich beter te voelen voor zover dat zij dat in zich hebben……..gevoel dan.

  4. Wat een sterke en duidelijke column! Zo herkenbaar. Ik lees het als ervaringsdeskundige en als hulpverlener. Van beroep ben ik hulpverlener, in het dagelijks leven was ik slachtoffer.
    Voor mij zijn er twee aspecten die duidelijk naar voren komen: het verborgen (ernstig traumatisch) leed van het slachtoffer en de onwetendheid van hulpverleners. Onwetendheid geeft onervarenheid.
    Vanuit mijn eigen ervaringen kan ik zeggen dat mijn eigen kracht het meest behulpzaam was. Opstaan vanuit mijn kracht (diep verborgen weliswaar, maar het zat er), en te voorschijn durven komen vanuit de diepe verborgenheid van het leed. Rustig laten zien dat er nog een beetje was en dat ik er wilde zijn. Ruimte vragen voor mijn verhaal, de gevolgen benoemen en laten zien. Ontstaan door het destructieve gedrag van de ander. Ruimte scheppen en op een gezonde manier afdwingen. En vooral heel duidelijk vertellen wat de ernstige gevolgen zijn van het gedrag van de ander, de destructieve patronen die mij bijna het leven benamen. De lijst van Iris met de waarschuwingssignalen was daarbij van onschatbare waarde. Steeds weer pakte ik die erbij en liet daarmee zien wat de gevolgen waren voor mij. En daarmee de oorzaak van mijn burn-outs en depressies. Deze diagnoses waren gesteld door artsen en volledig terecht. Ik was op, moe, leeg en volkomen uitgeput.
    De hulpverlening heeft nooit gezien waar de oorzaak werkelijk lag, namelijk in de relatie met mijn exman. Ik heb met ongeveer 20 hulpverleners te maken gehad, varierend van huisarts, psychologen, psychiaters, bedrijfsartsen en therapeuten. Niemand, ook ik zelf niet, heeft de link met mijn huwelijk gelegd, op de huisarts na.
    Op een gegeven moment ben ik tot het besef gekomen dat het allemaal niets hielp zolang ik in de situatie bleef. Niemand zag de kern van de problematiek of benoemde dat ik patronen moest doorbreken. Ik moest het zelf doen, met hulp van mijn beste vrienden.
    En dat werkte. Ik ben nu vrij en leef! Ik ben ontsnapt uit mijn gevangenis en heb mijn eigen levensruimte opgeeist. De kracht die ik gebruikte om te overleven in verborgen gevangenschap heb ik om kunnen zetten in kracht om in vrijheid te leven. Dat was een keuze, die ik kon nemen na hulp van de huisarts en medicatie. Ik moest eerst weer op krachten komen, ik was zo moe……
    Voor de slachtoffers is ruimte en respect van wezenlijk belang. Ruimte en veel tijd om je verhaal te vertellen, te leren kijken naar wie je diep van binnen bent en wilt zijn. Hulp om te herstellen en een gezond leven te crieeeren. Dat is niet alleen voor de slachtoffers van nu belangrijk maar ook voor onze kinderen. Wij kunnen patronen doorbreken!
    Door je verhaal te vertellen kunnen we de professionals leren wat destructief gedrag van de ander met ons, in wezen gezonde, mensen doet en heeft gedaan. Neem daarbij de werkboeken van Iris plus de site. Dat geeft kennis aan de hulpverlening. Voor hulpverlening is dat een belangrijk uitgangspunt.

  5. Ha Mirjam,
    Dat is een mooie reactie op waar het mij om te doen is in dit blog: hoe de onwetendheid en onervarenheid van professionals uit de wereld te helpen. Want dat is idd nog niet zo gemakkelijk. Jij hebt hen er in je eigen traject ‘bovenop getild’, als ik je goed begrijp. Dus door continu aan te wijzen (via deze site) waar het om gaat.
    Om een stapje verder te komen met de vraag v.h.blog: jij wíst dus op een goed moment waar bij jou de knup zat; en dat vertelde je hen? M.a.w.: dat is blijkbaar voorwaarde om een hulpverlener ‘de weg te wijzen’. Vraag van mij: was dat op een moment dat je al een heleboel helpers had versleten in een periode dat je zelf nog niet door had wat er aan de hand was? Of wist je dat al wel, wees je hen de weg en viel bij velen het muntje toen nog steeds niet? Dat wordt me niet helemaal duidelijk door het vervolg in je verhaal. Als dat laatste het geval is, dan is het ernstig. Had je ‘op weg helpen’ wel positief effect, dan is dat een spoor naar een oplossing: n.l. hulpverleners voorlichten o.i.d.
    Want je voorbeeld laat wel iets zien: als een cliënt zelf geen idee heeft wat de oorzaak is (dus zelf nog onwetend is), dan is het idd voor een hulpverlener bijna ondoenlijk om te snappen wat er aan schort. Juist vanwége de verborgenheid v.d. stoornis v.d. pleger. Een cliënt kan wel een zoekplaatje zijn voor een hulpverlener, maar als die zelf niet de vinger bij de zere plek legt, hoe moet een hulpverlener er dan achter komen?
    Zelf was ik deels zo iemand: ik kwam voor iets heel anders bij een coach (vragen rondom werk n.l.). Daar nam in de gesprekken wel mijn ellende door mijn ouder mee, maar ik noemde die alleen het gevolg van ´dominantie´. Tsja, daar gingen de gesprekken best (ook) over en ik werd ook deels geholpen om meer afstand te nemen. Maar omdat mijn gigantische stress niet overging en ik in kringetjes bleef ronddraaien, kreeg ik ‘hangen in slachtofferschap’ gepresenteerd. Op zich ernstig van die coach, maar ja, ik maakte die persoon ook niet wijzer met dat slappe ‘dominantie-etiket’. Pas toen ik ‘huiselijk geweld’ noemde (narcisme had ik toen niet op de korrel), ging er iets schuiven. Voornamelijk bij me zelf trouwens, het hoge woord was er uit. Die coach heeft er verder nooit meer iets over gezegd. Ook ernstig, maar ik denk dat hij zich niet toegerust voelde hiervoor. Hij stuurde me wel met een zacht lijntje naar een haptonoom die ook psycholoog was. Het beste wat een coach kan doen / moet doen als de competentie ontbreekt.
    Hoe dan ook: een coach en hulpverlener worden niet echt wijzer, als de gecoachte niet voldoende vertelt.
    Wat ik wil zeggen: ervaringsdeskundigen zullen hun ervaringen moeten delen met hulpverleners en coaches. Jij deed het al. De vraag is: hoe kunnen we dat meer gestructureerd doen en meer massa maken? Want nu hangt het af v.e. enkele cliënt die zelf weet hoe of wat. Daar helpen we de dolende slachtoffers nog niet mee.

    1. Geen enkele therapeut, hulpverlener of arts heeft de verwoestende invloed van mijn exman op mijn welzijn en gezondheid gezien of erkent. Niemand. Het enige wat ik te horen heb gekregen is dat ik op zoek moest gaan naar wie ik was, wat ik voelde en dacht. Daar heeft de creatief therapeut een belangrijk persoonlijk proces mee in gang gezet, al heeft zij niet gezien dat er thuis geen ruimte voor was door het destructieve gedrag van de ander. Geen van de psychologen heeft gereageerd op mijn poging een link te leggen met mijn huwelijk. Een psycholoog vond het wel vreemd dat mijn exman zo vaak mee kwam naar de afspraken en heeft dat ook benoemd. Hij ging er niet verder op in omdat mijn exman vriendelijk vertelde dat hij zo betrokken op mij was dat hij er graag bij wilde zijn, Zelf was ik op die periode niet in staat het tegen te houden al voelde het nog zo verstikkend en controlerend. Een psycholoog heeft geprobeerd de oorzaak van mijn burnout en depressie te zoeken mijn jeugd. Dat was zinloos omdat ik een gezonde jeugd heb gehad.
      Na vier jaren depressief te zijn geweest, en inmiddels volledig afgekeurd te zijn voor werk, heb ik alle hulpverlening beeindigd. Ik ben gaan strepen in alle oorzaken die genoemd waren: werk (deed ik graag en was ik goed in), gezin van oorsprong (ik kom uit een gezond gezin), erfelijke gevoeligheden voor depressies en overspannenheid (komt niet voor in de familie), en kwam ik tot de slotsom dat de oorzaak in mijn huwelijk zat. Daar werd ik zenuwachtig en gespannen van, werd ik volledig leeg getrokken, was ik mezelf kwijt, mocht ik niemand zijn, niet mezelf zijn en was geen ruimte voor mijzelf.
      Ik ben naar de huisarts gegaan voor bevestiging. Die kreeg ik niet. Wel kreeg ik min of meer een bevestiging dat mijn klachten voort zouden kunnen komen uit de relatie met mijn exman.
      Voor mij was dat voldoende en heb ik keuzes gemaakt om een nieuw leven te starten, samen met de kinderen en zonder mijn exman.
      Het maakte voor mij niet uit wat de ander er van vond of dacht. Ik was zeker van mijn situatie en wilde niet langer doorgaan met overleven. Ik wilde leven!
      Ik heb mijn netwerk erbij gepakt en ben zonder hulpverleners coaches artsen of therapeuten mijn nieuwe leven met de kinderen vorm gaan geven.
      Ik verwacht niets meer van hen. Ik durf niet meer. Ik wil niet meer. Ik wil niet meer horen dat het misschien aan mij ligt, dat ik ook geen heilige ben, dat ik misschien te sterk ben, dat ik te veel eisend bent, dat ik het allemaal zo goed weet.
      Ik weet het inderdaad het beste zelf. Noodgedwongen. Ik moest en moet. Niet omdat het bij mij past. Enkel omdat ik jarenlang heb moeten overleven in verborgen gevangenschap.

    2. Hallo Op gemak bij mezelf,
      Ik móet even reageren op je zin:
      ‘Hoe dan ook: een coach en hulpverlener worden niet echt wijzer, als de gecoachte niet voldoende vertelt’.
      Ik moest er om huilen, om deze zin.
      Ik wist totaal niet wat er mis was met me. Ik was mezelf al jaren kwijt, maar dát wist ik niet eens. Ik wist eigenlijk helemaal niks. En het is ook niet zo dat ik daar als een dweil tegenover mijn therapeute zat te snotteren. Nee. Zij zag een normale sterke vrouw voor zich. Maar ik zocht wel hulp. Alleen waarom? Ik wist het werkelijk niet. Was ik dan zo ongelukkig? Geen idee. Was ik dan zo down? Geen idee.
      Echt totaaaaaaaaaal geen idee.
      Het enige wat ik telkens hoorde in al die jaren dat ik therapeuten en zo bezocht is dat ik het goed deed. Dat ik voor mezelf opkwam, maar dat gerust nog wat meer mocht doen. Maar ook dat ik confronterend was naar en voor anderen. Daar moest ik maar eens naar kijken bij mezelf.
      Nou ja, ik kon er niets mee. Ik teerde daar een dagje op, maar dat was het dan ook.
      Ik kon me echter in de buitenwereld heel goed staande houden. Ik had een goede baan en functioneerde prima. Mijn collega’s, mijn vriendinnen en bekenden? Nee, zij hadden niks in de gaten. Ik was eigenlijk wel altijd, of heel vaak teleurgesteld en was zoekende. Waarin en waarnaar?? Geen idee. Ik was altijd erg ontevreden zeiden ‘mijn narcisten’. En ja, dat voelde voor mij ook zo. Het lag dus aan mij. Maar daar kon een therapeut niets mee. Maar dan moet er toch een lichtje gaan branden?!! Narcisme komt zo gigantisch veel voor. Manipulatie.
      Mij werd gezegd dat als ik niet aan kon geven waarvoor ik kwam, dat ze me dan niet konden helpen. Hup, weer een teleurstelling erbij.
      En nu denk ik: “Als je als therapeut of wat dan ook enorme kennis hebt (ENORME, want een beetje kennis is absoluut funest voor een slachtoffer) van NPS, dan zou er direct een lichtje moeten gaan branden.
      Als ervaringsdeskundige, als slachtoffer dus, want je bent ook slachtoffer, zonder dat je ook maar ergens schuld aan hebt, kun je natuurlijk je verhaal vertellen. Echter degene die nog geholpen moeten worden, die er nog inzitten, kunnen niets vertellen.
      De zin deed pijn, want zo leg je de verantwoordelijkheid bij degene die slachtoffer is en hulp zoekt.
      Als je weet dat je slachtoffer bent van een narcist (of meerdere), dan kun je inderdaad je kennis delen. Jazeker. Alleen staan daar veel hulpverleners nog steeds totaal niet voor open.
      Ik maak het nog steeds dagelijks mee. Ik ben nu al enkele jaren bekend met NPS en zie narcisten in allerlei gradaties overal om me heen. Maar er met iemand over praten in mijn omgeving, dat lukt nog steeds niet. Mensen weten nog steeds niet beter dan dat een narcist een egoïst is, een eigenheimer. Nou, aan mijn hoela!!
      Maar we praten er over. Ervaringsdeskundigen praten er over. Het is geen taboe meer. Er wordt meer en meer over geschreven in de media. Ook daar komen narcisten aan het woord, zowel in slachtoffergedaante als in hulpverlenersgedaante.
      Het zal nog wel even duren voordat dit enorme probleem ingeburgerd is. Maar een narcist heeft vaak de halve wereld onder zich, dus eenvoudig zal het niet worden.
      Blijven praten, blijven praten.
      Vooral voor de mensen, de slachtoffers, die er nog middenin zitten!
      Liefs, Anja

      1. Dag Anja,
        Ik moet gissen waarom je moest huilen om die zin; of die je stoort en raakt, of iets anders. Wat ik er zelf mee bedoelde: zie de laatste alinea die er onder staat.
        Toevoeging: ga ik naar een hulpverlener met een hulpvraag, zonder dat ik weet wat de oorzaak is van mijn probleem, dan moet die persoon goed doorvragen, op alle thema’s: familie, relatie etc. Daarmee kan die professional mij verder helpen, of doorverwijzen, indien nodig. Als ik dan dingen achterhoud (uit schaamte, angst, onwetendheid dat het belangrijk is of wat ook) en niet het achterste van mijn tong laat zien, dan breng ik mijzelf en de helper -onbedoeld natuurlijk- op een dwaalspoor. Begrijpelijk, maar het helpt geen van beiden verder. Daar is niemand schuldig aan, diep van binnen heb ik een reden om dat zo te doen. Maar de hulpverlener zoekt zich suf, dat snap ik nu goed. Zo iemand heeft openheid nodig. Vandaar dit blog: hoe moet dat dan? Want een NPS cliënt in de zoekfase geeft onheldere signalen. Dat ‘hoort’ helaas bij het probleem. Ik deed dat zelf ook.
        Dus ben ik eens: alleen er over praten kan helpen. Maar dat doen veel ‘uitkomende’ cliënten niet. De vraag is ook -áls je al praat: wanneer en met wie? Zelf kijk ik daar NU goed naar; vooral wat wil ik er mee bereiken. Ik denk niet dat het helpt als ik in mijn privé omgeving over een ander zeg dat die misschien een N persoon is. Ik vind het ook gevaarlijk en niet gepast. Bepaald gedrag noem ik wél ‘heerserachtig, manipulerend, fabulerend’ of wat ook. Verder niet. Als er wordt gereageerd, praten we er even over door. Soms zeg ik in passende situaties dat ik het herken, omdat mijn ouder ook zo was.
        Ook zijn er genoeg mensen die zich helemaal niet láten manipuleren en hun eigen grenzen goed bewaken. Die gaan een narcist soepel uit de weg. Ik heb geen behoefte zo iemand uit te leggen dat ie een narcist heeft vermeden.
        Van publieke personen zeg ik het wel regelrecht (de doelgroep die veel onderzoekers graag kiezen). Om een gesprek uit te lokken, door te delen wat ik zie. Vooral omdat velen het gedrag van maatschappelijke toppertjes interessant vinden of afgunstig zijn op hun succes. Van deze openlijke N’s laat ik graag de zwarte zijde zien.
        Privé zal ik niet snel meer over mijn eigen verhaal praten: in het verleden deed ik het af en aan oeverloos met broers/zussen, afhankelijk van bizarre crisissituaties. Ik kan je zeggen: het heeft me niets goeds gebracht, alleen een boel ellende. Ieder in het gezin heeft hierin het eigen (slachtoffer)verhaal. Met eentje ging het ruim 10 jaar geleden zelfs ook over psychisch huiselijk geweld (en over het Münchhausen Syndroom), dat waren we goed eens met elkaar. We zaten toen dus heel dicht bij het identificeren van het probleem!
        Enfin, het resultaat van al dat praten, heftige emoties, strategieën bedenken en gepuzzel over onze ouder (tienTALLEN jaren!) is dat ik mijn hele familie kwijt ben. Maar dan ook volledig. Met de kennis van toen wist ik dat ik steeds meer afstand moest nemen van het in de watten leggen van die hypochondrische en tirannieke ouder; en ik deed dat ook stapsgewijs, bleef desondanks mijn zorgverantwoordelijkheid nemen als het echt nodig was. Over díe combi waren zussen/broers niet geamuseerd (i.p.v. dat zij dat ook deden, meenden ze dat zij werden overbelast door de zorg voor die ouder -terwijl zij zelf kozen voor de pamper-variant).
        Goed, verhoudingen compleet ontwricht, i.p.v. dat we elkaar steunden.
        Ook daarover geheel hetzelfde proces vol schaamte, vermijdingsgedrag, verdriet, rouw, schuldgevoel en zelfbeschuldiging. Vele jaren. Langzamerhand durf ik tegenover een paar vrienden voorzichtig de verwevenheid van die twee te benoemen. Kort, zonder details. De tijd doet hierin goed werk: ze denken er over na -zijn zelf immers ook ouder en wijzer geworden- en gaan hun eigen omgeving nog eens bekijken. Een enkele keer zie ik nu een bevestigend knikken en niet meer een soort tegengas vol ‘ja maar’ vragen.
        Maar massa maakt het niet.
        Maw: mijn individuele verhaal vertellen in eigen kring, helpt hoogstens alleen mijzelf. En daar heb ik inmiddels niet meer zo’n behoefte aan.
        Het helpt ook al die verschillende soorten andere slachtoffers niet: diegenen die zelf níet weten wat er mis is en zich suf shoppen; ook slachtoffers niet die hun probleem wél weten, maar hun mond niet voldoende open doen; en niet wie wél hun mond open doen, maar geen gehoor vinden bij hulpverleners, omdat die er zelf te weinig van weten. Zo zit ik te denken.
        En dat is de focus van mijn blog. Ik wil daar wel een bijdrage aan leveren. Zonder dat ik de rest van mijn bevrijde leven geheel in dat teken wil zetten.

      2. Hoi Op gemak bij mezelf,
        Ik moest huilen omdat de zin ‘hoe dan ook: een coach of hulpverlener worden niet echt wijzer, als de gecoachte niet voldoende vertelt’ me raakte. Alsof het mijn schuld was dat ik verkeerd, of zeg maar gerust niet geholpen werd. Snap je? Hoe moeilijk is het al niet om naar een hulpverlener te gaan, vaak de zoveelste keer, om daar opnieuw al die vragen te beantwoorden en weer weg te gaan zonder enige (h)erkenning of bevestiging.
        Daaronder zeg je inderdaad dat je als ervaringsdeskundige je ervaringen moet delen met hulpverleners en coaches. Dan denk ik aan mensen die inmiddels weten wat er met ze gebeurd is, wat er aan de hand is of was en niet aan mensen die totaal niet weten wat er met ze aan de hand is.
        Ik denk op te maken uit jouw reactie dat je zelf coach bent of hulpverlener én ervaringsdeskundig? Maar misschien heb ik het mis. Je ‘pleit’ een beetje als hulpverlener. Je roept om hulp als hulpverlener. Maar misschien zie ik het verkeerd.
        Jij wil, hoe dan ook, dat een slachtoffer of gecoachte meer vertelt, meer praat, meer laat horen, laat zien (ook het achterste van zijn tong, ook haar schaamte, angst of onwetendheid). Dat zou makkelijker zijn voor de hulpverlening. Maar je kunt het een slachtoffer toch niet kwalijk nemen??
        Het is inderdaad geen kwestie van alleen maar doorvragen en doorvragen door een hulpverlener, maar vooral het hele plaatje kunnen zien! Daarvoor moet je inderdaad wel volledig op de hoogte zijn van NPS en de symptomen van een slachtoffer.
        Het is dus het volledige plaatje wat je als hulpverlener of coach zou moeten herkennen:
        De symptomen van narcistische mishandeling openbaren zich via PTSS, depressie, suïcidale gedachtes, dissociatie, een enorm laag zelfbeeld en talloze somatische klachten (ik heb de website van Iris er even bijgenomen).
        Mensen die jarenlang, zoals ik, op deze manier mishandeld zijn weten niet wat ze moeten vertellen, wat ze kunnen vertellen, wat ze werkelijk nog voelen, wat echt is en wat niet echt is. Mij was al die jaren voorgehouden, middels verdraaiingen, leugens en vooral geen bevestigingen of erkenningen van wat ik vond of voelde/van mijn zelf, dat het vooral aan mij lag. Alles lag aan mij. Dat was voor mij heel normaal. Dát benoemde ik niet eens.
        Ik ging zelfs de vragen van mijn hulpverleners beantwoorden met een antwoord waarvan ik dacht dat ze er wat mee zouden kunnen. Alles voor de ander. Voor mij heel normaal! Was er dan al eens een hulpverlener die daar doorheen kon prikken, dan wist ik geen antwoord.
        Als je dissocieert kun je helemaal niet benoemen wat er met je aan de hand is of wat er met je is gebeurd. Veel slachtoffers van narcistische mishandeling dissociëren. De meeste hulpverleners herkennen dissociatie niet eens! Als ze dat zouden herkennen, zou er gelijk een lichtje bij ze gaan branden dat er véél en veel meer aan de hand is. En dan zouden ze door moeten verwijzen naar een traumatherapeut.
        Ook ik praat nauwelijks over wat me is overkomen in mijn eigen omgeving. Maar dat vind ik nog steeds wel erg. Dat voelt nog steeds machteloos en onrechtvaardig. Maar ik doe het niet, want het werkt tegen me. Dat weet ik.
        Anja

  6. Ik heb de hele nacht slecht geslapen nav het stuk wat ik gisteren heb geschreven. Het maakt me zo bang, bang voor mezelf dat ik om aandacht roep. Bang om mezelf uit te maken voor n. Want aandacht vragen doet de n. ook. Denk wel dat de oorzaak anders is. Ik wil de gevolgen van het destructieve gedrag laten zien en zeker niet mijzelf, de n. juist zichzelf. Maar toch, het gevoel, het dilemma. Durf ik mezelf te laten zien zonder angst schaamte of verwijten? Nee, blijkbaar niet…..Kan ik mezelf goed aanklagen? Ja, nog steeds……..
    Ik vind het zo eng om mezelf als slachtoffer te laten zien en horen, want ik wil niet gezien en gehoord worden. Ik vind het zo eng. Ik wil alleen maar de verborgen gevolgen van het destructieve gedrag laten zien.
    De afwijzing van meerdere professionele hulpverleners komt ook weer boven. Het gevoel dat er geen ruimte is voor mij, er niet echt geluisterd en gezocht wordt en dat ik niet gezien word. Opmerkingen als: wat een leuke man heb je, wat is hij betrokken dat hij steeds mee komt, wat zal het voor hem zwaar zijn dat je zo overspannen bent, geef je hem wel genoeg ruimte, wat is jouw aandeel in de problematiek, je hebt te hard gewerkt, je doet teveel, je wilt teveel. Doe eerst maar rustig aan dan komt het goed. Ontspan, relax, wees jezelf. Gek werd ik van dergelijke adviezen. Ik kon niet mezelf zijn, ik wist niet meer wie ik was, waar ik was en wat ik dacht en voelde. Ik kon niet meer ontspannen door de gigantisch spanningen en angsten. Ik kon niet meer denken en had geen woorden meer. Ik kon niet rustig aan doen, ik leefde in de hoogste versnelling, immer alert, gespannen en bang.
    Volledig leeggezogen. Volledig geleefd in dienst van de ander, zonder mezelf.

    1. Hallo Mirjam,
      Dat herken ik heel goed wat je daar schrijft. Nadat ik mijn reactie op deze column had geschreven ging het bij mij ook weer ‘spoken’, zo noem ik het maar want het voelt als een soort van dolen langs weer alle afwegingen of ik nou toch echt niet een kreng ben of een overgevoelig typje…
      Doodmoe word ik er vaak van om weer van alles bij langs te gaan aan dingen die gezegd zijn door ouders en hulpverleners, weeeeer de balans opmaken, zucht… De vraag die dan telkens bij me opkomt is ‘misschien hadden ze toch gelijk?’.
      Telkens denk ik weer bij mezelf dat ik het misschien wel te zwaar opneem en al ik die angsten en spanningen in mijzelf zelf heb veroorzaakt omdat ik alles zo zwaar heb opgenomen en nog steeds zwaar opneem, want ja, mensen hebben me ook te serieus genoemd; ik nam het leven te serieus, ik nam de mensen te serieus en ik nam mezelf te serieus…
      Stomme is als ik jouw verhaal lees of dat van een ander kan ik niks anders zeggen dan dat jij en zij volkomen normaal reageren, dit past bij dergelijke mishandeling en dat vertel ik ze dan maar al te graag.
      Soms mag ik zelf ook zo reageren van mezelf maar zeker niet te vaak en ik irriteer me meestal mateloos aan mijn eigen zwaarte, vermoeidheid, angst, mineur gevoel, idee hebben dat ik overal problemen in zie enz.
      Ik geloof dat het weer eens tijd wordt dat ik het boek van Iris nog eens herlees 😉 Misschien voor jou ook weer? Wellicht hebben we dat telkens weer nodig om op een dag eindelijk eens te kunnen zeggen; ‘goh wat heb ik al een tijd amper aan mezelf getwijfeld’.

    2. Mirjam,
      Je afvragen wat jouw sores doet met jouw partner: dat herken ik. Mijn coach vroeg dat niet zo,ik deed dat zelf. Wel vroeg hij wat ik wel en niet met hem besprak. Ieders ervaringsverhaal is weer anders. Maar ik koos er voor niet al te veel vertellen over de inhoudelijke gesprekken van het coachingstraject. Ik wilde in onze relatie de ‘vrije ruimte’ een beetje bewaren en niet helemaal alles prijs geven; hierin een stukje van mijn ellende voor mezelf houden. Dat heeft ook met mijn man zelf te maken; en daar wilde ik respect voor opbrengen. Hij heeft decennia lang de klote ervaringen van mijn ouder meegemaakt, dus dat is wel genoeg voor iemand die zoiets totaal onbegrijpelijk vindt. Achteraf is dat in mijn geval gewoon goed geweest; het was een keus van mij die goed heeft uitgepakt. Hij wist trouwens heel precies hoe ernstig ik in de rotzooi zat (katalysator was werk, maar familie kwam er in mee), maar hoe diep? Het fijne van de vreselijke put vertelde ik hem gewoon niet. Haha, hij zag het zo wel :-)) Hij liet me maand in maand uit begaan en dat was goed. Nam ook de telefoon over, als bleek dat mijn ouder belde. Hij zei -als hij me wezenloos zag zitten-: ga iets doen, ga jezelf afleiden. Wel vroeg hij steeds, als ik na een gesprek thuiskwam: ‘en, heeft het geholpen?’ Was soms boos, als hij hoorde van de misvattingen v.d. coach. En dan voelde ik me gesteund. Verder maar weer. Zo een beetje. Uiteindelijk is toch echt de verlossing en bevrijding gekomen.
      Wat je zegt over te veel doen en relaxen: in mijn geval heeft mijn coach me daar echt in geholpen -ook al had hij de precieze situatie niet door. Multitasken -wat ik idd jaren had gedaan- heb ik geleerd stop te zetten. Rust nemen ben ik gaan zien als een vorm van mijn eigen grenzen (leren) bewaken in het hele proces van losmaking. Ik had de laatste 2 jaar voor mijn total breakdown werk voor 2 personen verzet en dat maakte dat ik naast de chronische traumatische stress dus ook gewoon overspannen en overwerkt was. Dat is -wat ik later overal las en begreep- een zeer gevaarlijk mengsel. Wil ik ook echt niet meer. In mijn geval zag ik in dat ik die werklast ook op me nam, omdát ik geen nee kon zeggen. Ik liet het gebeuren, wilde pleasen, was bang, wilde me bewijzen enz. Er was in mijn geval echt een verband tussen al die dingen. Dus dát was goed gezien van die coach. Ik deed datzelfde ook privé. Toen ik daarin trouwens keuzes leerde maken (soms op lastige momenten voor anderen), liet mijn man mij ook daarin begaan. Het was goed. En wat was ik trots als ik het deed.
      Wat ik bedoel: in zo’n proces rust en vertraging inbouwen was onontbeerlijk voor mijn herstel. Het was niet eens middel, maar echt DOEL. Zou ik door zijn blijven rennen, dan zat ik eigenlijk nog in mijn oude gedrag: het goed willen doen om gewaardeerd te worden, controle houden op de situatie. En dus niet mezelf zijn.

  7. De vraag is dus: Wat levert het op, als ervaringsdeskundigen in gesprek gaan met professionals op sleutelposities? En hen bijpraten over alle ins en outs van narcistisch geweld van daders en de gevolgen voor hun slachtoffers? Belangrijk: hoe pak je zoiets aan, welke strategische stappen zijn nodig om die bereidheid en luisterend oor te vinden bij de hulpverlening?
    Er kan niet genoeg over gesproken worden. Blijven praten. Vroeger werd geestelijke mishandeling ook niet serieus genomen. Toen werd er gezegd dat het je eigen schuld was, als je je geestelijk ‘liet’ mishandelen. Of je werd bestempeld als aandachtsvrager, naïef of een labiel persoon. Lichamelijk mishandeling was zichtbaar en onacceptabel (uiteraard), maar geestelijk mishandeling bestond niet. Wat je niet ziet bestaat niet?!
    Narcisme is een zware mishandeling omdat het een verborgen mishandeling is die meestal niet (h)erkend wordt. Niet door een slachtoffer en ook niet door de hulpverlener.
    In je uppie bereik je niks. Ik heb mijn huisarts en psycholoog diverse keren uitgebreid verslag gedaan, persoonlijk, per telefoon en per e-mail, toen ik zelf eindelijk (zucht) ‘mijn probleem’ vond op het internet: narcisme. Een overweldigende euforie voor mij, want o wat was ik blij met mijn vondst, schreef ik al die mensen. Ik schreef, schreef nog eens en nog eens en belde ze na. Geen reactie. Nooit niet gehad ook. Niet op mijn mails, niet op mijn persoonlijke brief en ook werd ik niet teruggebeld.
    De laatste keer dat ik bij mijn huisarts was heb ik haar gevraagd waarom ze niet heeft gereageerd op mijn brief. Met haar had ik de afspraak dat ik mijn ‘bevindingen’ mocht schrijven aan haar, echter niet per mail, maar in een aan haar persoonlijk gerichte brief, in verband met ‘meelezers’ op de mail, zei ze. Dat voelde al naar overigens, alsof ik iets zou gaan schrijven wat een leugen zou zijn of alsof ik mijn vader uit ging schelden of zoiets.
    Ik heb een brief geschreven en persoonlijk in haar postvak gedaan. Ze reageerde niet. Toen ik er naar vroeg zei ze dat niet alleen ik, maar ook mijn narcistische ouder (nou ja, zij noemde natuurlijk alleen maar ‘jouw(!) vader’) ook haar patiënt is. Daar moest ik het mee doen.
    Mijn psycholoog heeft uitgebreid naar mijn verhaal geluisterd, maar aan alle vragen die hij stelde, tussendoor, maakte ik op dat hij totaal niet begreep waar ik over sprak, waar ik het over had. Ik heb me in allerlei bochten gewrongen om me aan hem duidelijk te maken. Zelfs later per mail gevraagd of hij de website van Iris eens wilde lezen en me daarna wilde mailen.
    Hij heeft me gemaild: “Ik heb de inhoud van de website gelezen’.
    Zucht…
    Hoe krijg je hulpverleners bereid om te luisteren.
    Samen staan we sterk. Misschien als de groep ervaringsdeskundigen groter en groter wordt en hulpverleners er niet meer langs kunnen? Landelijk bekendheid geven door lezingen te geven?
    Blijft het natuurlijk zo dat ook tussen ‘ervaringsdeskundigen’ en hulpverleners narcisten zitten en mensen die er niks van snappen en nog meer kapot maken.

  8. Ook ik had veel angsten gekregen tijdens mijn relatie met hem, soms had ik ook het gevoel dat hij daar op kickte als ik weer angstig werd, want dan kon hij weer zeggen dat er van alles met mij scheelde en ik dringend hulp nodig had want met mij was niet te leven , en zo werd de bal weer naar mij teruggekaatst…….op het laatst ging ik het geloven, volgens hem had ik borderline, bindingsangst, verlatingsangst, een rare gedachten gang en was ik manisch, terwijl hij dingen deed die totaal niet door de beugel kunnen.Gewetenloos was maar buiten op straat de lieverd uithing die maar voor iedereen klaar stond.Ik zei vaak, als aan mij iets scheelde hadden meer mensen mij daarop aangesproken, en dat is niet zo.Nu zijn vorige exen waren ook gestoord dus dat zegt al veel over hem………alleen ik zag dat toen niet.
    Sinds de relatie over is heb ik geen angsten, huilbuien, woede- en paniekaanvallen meer gehad, en toch mis ik hem soms nog……hoe dom dat ook is.

  9. Dank jullie voor alle openhartigheid en moed om dit thema bloot te leggen.
    Na het lezen van alle info- ik kwam hier terecht via boek Jan Storms; destructieve relaties op de schop- ben ik ontroerd en voel een dringende behoefte, om aan te sluiten met mijn ervaringen.
    Eerst ga ik boek Iris K lezen.

  10. Dag Anja,
    ‘Goede’ voorbeelden noem je van wat allemaal níet werkt enzo.
    Toen ik dit stuk aan het schrijven was, had ik al een idee dat er dit soort vervelende ervaringsreacties zou komen. Ik ken ze zelf deels uit eigen ervaring en ook op andere manieren. Ik wist het al: alle individuele pogingen van ervaringsdeskundigen midden in hun proces maken gewoon geen massa. Hebben ze wel succes, dan blijken ze afhankelijk v.d. ‘toevallige’ nieuwsgierigheid of intuïtie die geprikkeld wordt bij de individuele professional.
    Ikzelf probeer mij altijd (achteraf!) bij zo’n teleurstellende ervaring voor te stellen hoe de professional denkt over / reageert op / stil staat bij zo’n verhaal van (indertijd) mij, een andere cliënt, patiënt of wat ook. Om te snappen wat er gebeurt. Eerst ben ik hartstikke boos, dan machteloos en inmiddels heb ik een beeld hoe ook hier ‘het systeem’ werkt waarin die mensen zelf zitten. Dat beeld krijg ik, door me de positie van die persoon voor te stellen. En ik ben bang dat die voor velen de waan van de dag is, met een gigantische work load en na vele jaren ook een vorm van afstomping. Naast wegwuiven natuurlijk. Ik ga even uit van de goede bedoelingen van zo iemand (de brokkenpiloten en op zichzelf gerichte professionals er buiten latend). Er komt veel op zorg- en andere dienstverleners af: van eenvoudige oprechte tot complexe ´shoppende´ hulpvragers. Hierboven zegt Mirjam in haar eerste reactie er iets over. Het barst onder hulpverleners van de toegewijde mensen, die best wat meer afstand mogen houden -omwille van zichzelf; om het vol te kunnen houden. Zij zijn geen machines. Het is ook hun professionele taak de betekenis v.e. verhaal af te wegen. Dat is het lastige. Degene die het onterecht treft is de pineut, maar ja. Ik weet dat ik me in mijn eigen coachingsproces op een aantal cruciale momenten niet gezien voelde. De gevolgen waren nogal heftig; ik was er verontwaardigd over en zeer in verwarring. Het heeft mijn helse put zeker verdiept en mss in tijd verlengd. Een aantal keren had ik het trouwens niet eens in de gaten. Pas achteraf, toen ik de film terugdraaide, ontdekte ik het. En rolde bij mezelf het muntje: aha, ik kreeg dat en dat etiket opgeplakt (eh, t/m allerlei storingen aan toe …). Het is akelig, maar ook wel weer begrijpelijk, zeg ik nu. Ik ben er uiteindelijk heelhuids uitgekomen en heb ook mezelf kunnen redden. En wie weet hebben die extra hobbels nog wel een functie gehad ook. Daarnaast heb ik echt wel hulp gehad. Van diezelfde personen.
    Terug naar de hoofdvraag. Bovenstaand verhaal doet mij concluderen dat er alleen massa gemaakt kan worden als we het structureler aanpakken. Volgens mij is het zinnig te beginnen bij een aantal professionals die al betrokken zijn bij de aanpak van huiselijk geweld. Dat zijn er nogal wat in NL. Deze professionals weten goed wat de effecten van veel vormen van geweld achter de voordeur inhouden. Die hebben -als het goed is- een luisterend oor. NPS = immers een vorm van psychisch geweld. Dat moet gebeuren op ‘werkniveau’ en niet op acute ‘hulpvraagmomenten’ van een slachtoffer.
    Werkniveau betekent ook de ervaringsdeskundigen dubbele petten vermijden tijdens het gesprek: er op dat moment NIET zitten als hulpvrager, maar alleen als belangenbehartiger. Kortom: 1 ‘rol’, die van ‘ambassadeur’: stemversterker van lotgenoten en aandacht vragen voor de problematiek. Hoe dat er precies uitziet, is nog een klus. Inhoudelijk weet ik zeker dat de inhoud van deze site in hapklare brokken aangeboden moet worden. Iemand moet het ook niet in zijn / haar eentje doen. En aansluiten bij een al bestaand iets lijkt me voorwaarde.
    Ik zit nu even breinstormend te typen: een kleinschalige expertmeeting, workshop o.i.d. na een verkennend gesprek. Er moet draagvlak gecreëerd worden. Dat gaat zomaar niet en is een hele klus.

    1. Het is inderdaad een hele klus, maar niet onmogelijk. Ik weet zeker dat Iris al heel veel hierin heeft gedaan en betekend! Zij geeft woorden aan deze ernstige stoornis en laat duidelijk zien hoe enorm verwoestend het gedrag is. Ook geeft ze helder aan wat wel en niet werkt. Dat is zo ontzettend belangrijk! Ik ben haar daar ook enorm dankbaar voor!
      Bovendien hebben wij als ervaringsdeskundigen enorm veel ervaring moeten opbouwen in knokken en overleven. Iets wat ook positief ingezet kan worden in een proces rondom bekendheid geven aan NPS en de gevolgen.
      Waar ik zelf tegenaan loop is het gemak waarmee de term narcist gezegd wordt. In heel veel gevallen van echtscheiding wordt de man narcist genoemd en de vrouw borderline. Vooral ten tijde van de echtscheiding. In mijn situatie is mijn persoonlijke afbraak begonnen vanaf dag 1 dat we getrouwd waren.
      Mijn ervaring is ook dat hulpverleners een bepaald beeld hebben bij narcisme wat geen recht doet aan het slachtoffer.
      Voor mij is dat de reden dat ik niet spreek over narcisme, omdat het geen recht doet aan de ernst van de problematiek door het beeld wat het gros van de mensen bij een narcist
      Ik spreek liever van NPS.
      NB
      Ik wil echt niemand te kort doen! Los van hoe je het ook noemt, de gevolgen voor jouw persoonlijk zijn ernstig en verwoestend. Iedereen onwijs veel sterkte daarbij!

  11. Mijn ex vond, dat ik van alles mankeerde. Ook ik gaf aan, dat ik nooit iets hoorde van vriendinnen en collega’s. Toen kwam het idee, dat ik Asperger zou hebben. Ik was toen al bij een psycholoog geweest en eindeloos met mijn ex in relatietherapie geweest. Dat Asperger heb ik laten uitzoeken. Ik wilde bewijzen, dat het niet aan mij lag. De uitslag was, ik had geen Asperger, maar mij ex was bij een van die onderzoeksessies aanwezig geweest en deze psychologe kwam toen met de opmerking, dat in haar beleving ik last had van emotionele mishandeling van mijn ex. Dat heb ik gegoogled. Ik kwam op narcisme terecht en alles wat ik las klopte. Toen had ik al 31 jaar in die relatie gezeten. Ik ben er uitgestapt. Na drie weken erover te hebben nagedacht. Het vertrek was traumatisch voor mij. Mijn zekerheden, mijn huis, mijn tuin, de man waar ik van hield. Weg.
    Over mijn toeren kwam ik bij de huisarts. “Je dacht zeker, dat hij je wel terug wilde roepen”, zei hij en ga maar hard wandelen of hardlopen. Dan kom je er wel overheen. Ik heb meteen een andere huisarts genomen.
    Ik ben nu 2 jaar en een aantal psychologen verder. Er zijn er die zeggen, ja die diagnose narcisme bij uw ex kunnen wij niet stellen. Slechts één zei, dat hij echt gek was. Dat luchtte al op. Ik heb het boek van Iris gelezen en een aantal gesprekken met haar gehad, maar dat werd niet vergoed. Ik lees de blogs van http://www.ladywithatruck.com en http://www.letmereach.com. Die zijn voor mij heel zinvol. Zulke blogs vind je hier in Nederland nauwelijks of niet.
    Momenteel help ik een psychologe, die afstudeert. Ik wil graag, dat zij weet, hoe ik die narcistische partner heb ervaren en ze kan er van leren voor de toekomst. En zij helpt mij. Van haar mag ik rouwen zolang als ik wil. Er zijn vriendinnen, die nog iedere dag naar me willen luisteren, want ik heb zoveel te vertellen. Al die triggers die er zijn, moet je ook verwerken. En dat kan alleen door erover te praten. Zoveel als je kan.

  12. Hi Anja,
    Op de een of andere manier lees je langs mijn tekst heen. Want in je reactie zeg je in eigen woorden precies wat ik bedoel. Je vraagt zelfs ‘ Maar je kunt het een slachtoffer toch niet kwalijk nemen?? ‘ Dat is wat ik zeg.
    Mijn tekst: ‘als ik dan dingen achterhoud (uit SCHAAMTE, ANGST, onwetendheid dat het belangrijk is of wat ook) en niet het achterste van mijn tong laat zien, dan breng ik mijzelf en de helper -ONBEDOELD natuurlijk- op een dwaalspoor. Begrijpelijk, maar het helpt geen van beiden verder. Daar is NIEMAND SCHULDIG aan, diep van binnen HEB IK EEN REDEN om dat zo te doen. Maar de hulpverlener zoekt zich suf, dat snap ik NU goed’. Einde citaat. Ik typ die woorden even groot, omdat cursief niet lukt op dit blog.
    Ik had het bij dit alles in de eerste plaats over mezelf, hoe ik dat zelf indertijd deed en waarvan ik van velen hier lees dat zij diezelfde ervaring hebben. Dat ik iets (achteraf) kan begrijpen (zie hoe het loopt) wil niet zeggen dat ik het prettig vind of goedpraat van de coach in kwestie. Omdat ik het begrijp, wil ik zoeken naar een oplossing: wat gaat dan wel lukken?
    Ik ben spinnijdig geweest op mijn coach, dat hij mijn telefonische melding ‘huiselijk geweld’ als feit aanhoorde; reageerde met: ‘meer nog?’; beloofde er zeer binnenkort per telefoon op terug te komen (vóor het volgende coachingsgesprek). En het niet deed. Ik maar wekenlang in spanning wachten (kerstvakantie). Er gebeurde geheel niets. In het nieuwe jaar gewoon de volgende coachsessie in, zonder zelfs op het telefoongesprek terug te komen. Géen compliment dat ik het had durven zeggen, géén opluchting dat hij nu begreep waarom ik zo ongelofelijk heftig de weg maar kwijt bleef zijn. Nada. Verder met de andere coachingsonderwerpen. Het schokte mijn vertrouwen hevig. En ook de verwarring dat hij mij misschien verdacht uit mijn nekharen te kletsen. Ik heb er over gedacht bij hem weg te gaan. Maar ik had geen trek bij iemand anders helemaal opnieuw te beginnen; en er was ook een meer zakelijke reden dat ik gewoon geen keus had. Wat hij wél deed -wat ik in een andere bijdrage al verteld heb: hij verlokte me tot een parallel traject met een haptonoom / psycholoog in zijn netwerk. Van wie ik vermoed dat ze op de hoogte was gesteld door mijn coach. Ik heb daaraan zeker wat gehad, maar ook zij kapte behoorlijk stellig opmerkingen van mij over mijn ouder af. Wat ik aannam (al of niet terecht): ze zal van mijn coach wel gehoord hebben dat ik er al tienduizend kilometer woorden aan had vuil gemaakt. Dus dat hoefde (van haar?) niet meer. Het frustreerde me dat ik zelfs haar niet kon duidelijk maken hoe of wat. Maar misschien begreep ze het zo ook wel en checkte ze alleen wat mijn coach haar verteld had. Geen idee. Toch heeft ze me meegeholpen op te staan uit mijn eigen ellende (welk etiketje die in haar ogen ook verdiende), en mijn kracht te hervinden, die ik al zo lang stukje bij beetje aan het opdiepen was.
    M.a.w.: ik heb nog aan geen enkele professional ooit kunnen vertellen dat ik slachtoffer ben van NPS.
    Wat je zegt over het volledige plaatje & de symptomen van CTSS (Chronisch TSS) als gevolg van NPS, die een hulpverlener zou moeten herkennen: ik hoef het lijstje van Iris er niet bij te halen, ik heb ze allemaal vertoond. En ik wist het al jaren van mezelf. Ook dat nog. Ik kon ze allemaal opnoemen, voor ik ze ergens gelezen had. Ik deed dat ook regelmatig, in mijn hoofd. Over zelfkennis gesproken. Dan keek ik naar mezelf en dacht: nu sta je dus dat en dat te denken. Over jezelf. Dan ben ik nu dus wel goed gek aan het worden, zeg.
    Geen idee of zoiets dissociëren heet, of nog weer iets anders. In mijn heftige periode van de put naar herstel kwamen er nog weer andere akeligheden bij, die ik daarvoor nog niet eens had gehad. De psycholoog wilde de inhoud van de beelden niet eens horen. Ik vroeg haar of ze voorbij zouden gaan. Ze antwoordde: dat zal wel een tijd duren. Gek, maar gelukkig ging dat heel wat sneller dan ik gehoopt had! Was ik zeer blij trots op: haha, kijk mij nou! Soms komt de herinnering aan die beelden terug. Waarom weet ik nooit. En fijn is het niet.
    Maar ja, wat wil je: resultaat van een halve eeuw chronische stress.
    Dan je vraag of ik hulpverlener ben. Nee, ik ben geen psychotherapeut of psycholoog. Ik heb een andere achtergrond. Sinds een aantal jaren ben ik wel counselor en coach: dus dienstverlener t.b.v. coachklanten die aan hun eigen situatie iets willen veranderen -wat dat ook is. In dat proces loop ik een eindje met hen mee, duwend en trekkend; het resultaat bij hen zelf latend, daar is ieder zelf hoofdverantwoordelijke voor. Mijn verantwoordelijkheid is het proces te bewaken en bouwstenen aanreiken. Vermoed ik dat er sprake is van een storing, dan bekijk ik hoe ik iemand zorgvuldig kan doorverwijzen naar een therapeut. Al is dat niet gemakkelijk: een klant wil dat niet altijd horen. Maar therapie behoort niet tot mijn competentie.
    Al met al is dit werk op natuurlijke manier op mijn weg gekomen, nadat ik enige tientallen jaren daarvoor op allerlei manieren in de mensgerichte sector had gewerkt. Met en voor mensen die in de NL samenleving in de knel zitten. Zélfs had ik in dat werk -o humor- in verschillende settings te maken met huiselijk geweld (én seksueel geweld in afhankelijkheidsrelaties). Zonder in de gaten te hebben hoezeer ik er zelf een leven lang slachtoffer van was 🙂 Op een zeker moment rolde bij mij het kwartje: ‘huh, dat ben ik zelf’. Onthutsend en verhelderend. Ging onderwijl gewoon door met waar ik me bezig was: in het belang van anderen; hen activerend voor zich zelf op te komen. Maar had tegelijk dus ook kijk op wat mijzelf te doen stond in dit proces. Al was de praktijk zeerzeerzeer ingewikkeld en pijnlijk.
    Vanuit dit alles kan ik zeggen dat je zinssnedes “Je ‘pleit’ een beetje als hulpverlener. Je roept om hulp als hulpverlener.” mij raken op een akelige manier. Er zitten suggesties in die ik bij jouzelf laat.
    Mijn reactie is: en wát, als ik als hulpverlener had gereageerd? Vind je dat een hulpverlener een cliënt niet kritisch moet bevragen om verder te komen? Zie je diens vragen als verdediging van zichzelf; en niet als aanscherping van diens vaardigheden om een cliënt te kunnen helpen?
    En wat, als jouw hulpverlener (voormalig) slachtoffer zou zijn, zoals zovelen in het netwerk van Iris Koops; mogen die dan alleen vanuit medeslachtofferschap reageren en niet als hulpverlener? Zou je niet blij zijn dat een dergelijke hulpverlener goed weet van waaruit die praat?
    Als dienstverlenend counselor stel ik soortgelijke vragen iig wel aan een klant, als het zo te pas komt. Ik weet zelf veel te goed hoe dat schokeffect soms nodig is om iemand wakker te schudden. Dat is heftig en niet comfortabel, maar daarom juist zo helpend. Ik kan en wil niet iemand redden (ik heb jarenlang gedacht dat ik dat met mijn ouder en een broer moest doen: grote misvatting), hoor dat als counselor ook helemaal niet te doen. Ik kan alleen iemand helpen zichzelf te redden. Want dat is waar slachtoffers hopelijk naar op weg zijn: uiteindelijk de grootste rotzooi achter zich laten om hun eigen leven terug te pakken.
    Al worden nooit alle sporen uitgewist. Bij mij iig niet.
    Hier ga ik het bij laten.

  13. Beste Op gemak bij mezelf,
    Hierbij een reactie van Stichting Zijweg op jouw vraag: “… wat levert het op, als ervaringsdeskundigen in gesprek gaan met professionals op sleutelposities? En hen bijpraten over alle ins en outs van narcistisch geweld van daders en de gevolgen voor hun slachtoffers? Belangrijk: hoe pak je zoiets aan, welke strategische stappen zijn nodig om die bereidheid en luisterend oor te vinden bij de hulpverlening?”.
    Voor de lezers die dat niet weten: Stichting Zijweg is een landelijke zelforganisatie voor en door vrouwen met ervaring met (ex-)partner geweld en/of stalking. Een van onze doelstellingen is: “Een van de voortdurende activiteiten is het signaleren en bundelen van knelpunten in het beleid. Stichting Zijweg fungeert hiermee als spreekbuis van de groep vrouwelijke slachtoffers van partnergeweld en hun kinderen. Hiernaast wordt er een netwerk opgebouwd om invloed op beleid en politiek uit te oefenen rondom huiselijk geweld”.
    Daarom laten wij onze stem horen bij de wetenschap, bij hulpverleners, bij samenwerkingen met Movisie, Ministeries, parlement, werken we mee aan film, is er een Hogeschool waar lessen met ervaringsdeskundigen worden gegeven etc etc.
    We werken momenteel hard om aan deze doelstelling nog meer body te geven.
    Onze ervaring is dat hulpverleners op sleutelposities luisteren. Alleen vatten ze dat niet altijd in 1 gesprek, net zoals wij dat niet deden toen we er voor het eerst over hoorde.
    De strategie die wij hanteren is die van samenwerken, het verhaal spreken in de taal van degeen die wij voor ons hebben, weten waar we het over hebben, onze mening toetsen wij aan wetenschappelijk onderzoek, maar wij onderbouwen deze met ervaringsdeskundige kennis/verhalen, good practices, kennis delen, blij zijn met kleine stappen, het gestructureerd aanpakken en keuzes maken waar te beginnen.
    Wat het hopelijk oplevert is een kentering. Als we nu vergelijken met een aantal jaren terug dan zie je dat veel hulporganisaties geloven in de kracht van ervaringsdeskundigen en deze hun organisatie binnenhalen. Zo ook zie je nu al meer aandacht voor het onderwerp voor slachtoffers van mensen met een persoonlijkheidstoornis, zoals narcisme. Hulpverleners leren tijdens hun studie niets over narcistische geweld, maar wel al over intiem terreur en dat is toch echt hetzelfde, de eerste stap is dus al gezet.
    Met vriendelijke groet,
    Namens het bestuur van Stichting Zijweg

    1. Graag wil ik hier toch wel even hier op antwoorden dat ik denk dat narcisme naar mijn idee toch nog echt wel een stuk verder gaat dan intiem terreur. Ik heb zonet even 5 sites bekeken waarin intiem terreur beschreven wordt en ik vind dit stukken minder geraffineerd en manipulerend dan narcistische mishandeling. Narcisten kruipen veel meer onder je huid en heb je als slachtoffer het gevoel dat ze altijd aanwezig zijn en je elk moment een psychische klap kan krijgen, het maakt je zo gespannen dat het je de adem merendeel van de dag beneemt ook als de narcist afwezig is.
      Was er maar meer fysiek geweld bij narcisme (wat ik overigens ook verschrikkelijk vind), dan lag het ook niet zo diep weggestopt voor het slachtoffer die vaak al meegezogen is naar het donker zoals Iris het zo mooi beschrijft en was er minder verwarring over wat je als slachtoffer overkomt…
      Tevens ben ikzelf helemaal niet gecharmeerd van de gevestigde wetenschap, ministeries, parlement, ik vind dat zij veel teveel uitgaan van eigenbelang en uit eigenbelang omgaan met conclusies die uit eventueel onderzoek voortkomen. Laten liever zoveel mogelijk mensen op de werkvloer weten wat narcistische mishandeling inhoud en er gezamenlijk over communiceren, zij zijn de professionals en zijn meer betrokken bij de mensen en zien wat het met mensen doet, da’s mijn mening.

    2. Aan Stichting Zijweg,
      Begrijp ik je laatste opmerking ‘de eerste stap is dus al gezet’ goed, dat Zijweg bedoelt dat de oproep tot bijpraten van de hulpverlening niet nodig is; dat we e.e.a. op ons beloop moeten laten? Of bedoel je juist dat er t.a.v. NPS net zo gelobbyd moet worden als indertijd tientallen jaren t.a.v. (psychisch, seksueel, fysiek) geweld in afhankelijkheidsrelaties?
      Want het is mij zeer bekend dat sinds 25 jaar allerlei initiatieven en belangenbehartigers baanbrekend werk hebben verricht voor slachtoffers van partner- en andere soorten van huiselijk geweld. Nét zo lang tot de overheid eindelijk gehoor gaf en 15 Jaar geleden opdracht is gaan geven aan politie, zorginstellingen, AMK, jeugdzorg, sociale hulpverlening etc. Zodat lokale en regionale ketenpartnernetwerken zijn ontstaan die inderdaad bovenop preventie en aanpak zitten. De definitie van geweld in afhankelijkheidsrelaties is sindsdien uitgebreid: kinderen als getuige; ouderengeweld door mantelzorgers; de erkenning dat mannen slachtoffer zijn; vrouwen die pleger zijn. Vroeg-signalering en behandeling van plegers is een specialiteit geworden. De publiekscampagne ‘Het houdt niet op’ is maar 1 v.d. vele voorbeelden waar doorsnee burgers iets merken van deze bemoeienis v.d. overheid.
      Ik onderschrijf dus als je zegt dat er aan gewerkt wordt.
      Wat ik mij gewaar ben geworden -sinds ik besef dat ik zelf een leven lang slachtoffer ben (geweest) van een ouder die pleger was tot op zeer hoge ouderdom- dat er een vergeten doelgroep is, die overal tussendoor glipt. Ik heb mij dat nooit gerealiseerd en zie het nu ineens.
      Zijweg is er voor vrouwelijke slachtoffers en hun opgroeiende kinderen. Helder. Intiem terreur associeer ik trouwens met partnergeweld, minder met oudergeweld.
      Waar ik het over heb, zijn díe kinderen die zijn opgegroeid tot volwassenen en helemaal nooit zijn geïdentificeerd als slachtoffer; en nu nog steeds slachtoffer zijn, omdat het oudergeweld niet ophoudt in de volwassenheid. Meisjes en jongens die vrouw en man zijn geworden met een ouder (m/v) die een leven lang pleger blijft. Tot de dood er een eind aan maakt. Volwassen kinderen die nog steeds verstrikt zitten in het narcistische geweld van die ouder. Van wie het volwassen leven door die ouder volledig wordt beïnvloed. Die als slachtoffer nu zelf kinderen mogen opvoeden met de ballast uit hun verleden. En daarnaast de terreur van bejaarde zorg eisende ouders moeten doorstaan als zorgzame / participerende mantelzorger.
      Het is voor mij ineens een vraag of er onder mantelzorgers-plegers wellicht slachtoffers zitten die hun eigen ouder-pleger moeten verzorgen. Daar heb ik eerder nooit aan gedacht! Zelf heb ik in ieder geval gezien hoe die ouder van mij zorgverleners in een ziekenhuis en revalidatiecentrum zo nu en dan tot wanhoop dreef. De onverschilligheid en ingehouden woede van het personeel kon ik soms waarnemen. Omdat ik die als bezoekend kind (vlak na zo’n incident) op mijn bordje kreeg. Dan wist ik weer hoe laat het was. Inmiddels was ik de schaamte voor mijn ouder redelijk voorbij: ik was al een eindje op weg om los te komen. Maar dat is eerlijk gezegd toch echt mijn eigen zoektocht en verdienste geweest. Niemand die daar een werkelijk signalerende of helpende rol in heeft gespeeld.
      Ik lees hier op deze site reacties van ervaringsdeskundigen / lotgenoten die 30, 40, 50, 60 en zelfs over de 70 zijn geworden, vóórdat hen helder werd dat zij slachtoffer zijn van hun ouder(s). Tot op de huidige dag. De jongsten onder hen zitten al of niet met een jong gezin met nog relatief jonge ouders die hun leven terroriseren. Gelukkig hebben deze slachtoffers inmiddels ontdekt hoe het zit. En kunnen ze m.b.v. deze site hun eigen ´maatregelen´ nemen: er uit stappen. Maar komen ze voor psychische begeleiding bij een hulpverlener, dan lukt het blijkbaar moeilijk om die professional te overtuigen.
      Waar ik dit stuk vooral ook voor schreef: voor die slachtoffers die zichzelf nog niet als slachtoffer zien en ronddolen van hot naar her.
      Dus welke stappen kunnen hier het beste nog gezet worden, na de eerste?

  14. Als hulpverlener in de psychiatrie en ervaringsdeskundige reageer ik op deze blog.
    Inmiddels ben ik losgekomen van de destructieve relatie met mijn moeder.
    De reden dat ik in de psychiatrie ben gaan werken, was om mijn moeder te leren kennen en te kunnen veranderen. Ik had moederliefde nodig. Mijn vader en moeder zijn al op mijn 11de gescheiden en mijn moeder bleef achter met acht kinderen. Ze vroeg geen hulp, waardoor wij grotendeels in een verziekte sfeer zijn opgegroeid. We hadden en hebben een close band als broer en zusjes.
    Nu jaren later, (inmiddels ben ik 27) heb ik geleerd om in mijn kracht te staan. Ik heb de liefde van mijn leven leren kennen, wat mij gered heeft. Angst en depressie liggen wel op de loer, omdat ik mezelf onnodig verwijten kan maken.
    Mijn persoonlijke doel is de mensen die mij dierbaar zijn, maar ook de slachtoffers van narcisme in mijn werk en leven de erkenning, liefde en steun te geven die ze zo hard nodig hebben. En ja, ook eigen zusjes hebben geen vermoeden dat zij slachtoffer zijn van een narcist. Loskomen van een narcist moet je kunnen en vooral de kracht voor hebben.
    Het systeem wat ooit rondom ons gezin stond heeft nooit ingegrepen. Ik verwijt hen dat, wat ik ook heb uitgesproken naar mijn vader. Dat begint bij een ex-partner, kerk of school. Jaren later zei iemand uit datzelfde systeem tegen mee dat ik geen liefde heb gehad van mijn moeder. Mijn mond viel open; je hebt niet ingegrepen? Mijn moeder naar de mond gepraat als je ons weer kwam vertellen dat we maar hard voor onze moeder moesten werken. Onbegrijpelijk hoe een heel systeem huiselijk geweld signaleert (onzekere, faalangstige en extreem loyale kinderen) en het kind z’n loyaliteit naar een zieke ouder versterkt.
    We verstopten briefjes met het nummer van jeugdzorg, zo bang waren we. We hebben nooit gebeld en er met niemand over gesproken.
    Ik geloof dat ervaren hulpverleners het verschil kunnen maken. Zij herkennen de slachtoffers en mijn wens is ooit meer te kunnen betekenend voor kinderen die een liefdeloze jeugd kennen.
    Liefs Willy

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *